Dichter Alexis de Roode trapte de bijeenkomst Zon op het Land af met het gedicht Herkomst. Een reflectie op de bodem onder onze voeten, waar de oorsprong ligt van ons bestaan en waar uiteindelijk al het nieuwe begint. Alexis de Roode publiceert sinds 2009 poëzie en schrijft daarnaast over duurzame landbouw en voeding.
Welkom in het huis voor de Provincie.
Met de bodemdieren ver onder ons
en door mensen omringd
lopen we over verwaaide grond
naar landschappen van verlangen.
Onze wegen hebben wortels,
onze rivieren hebben een bedding.
Nederland is aangeslibde modder,
door onze voorouders aan water ontvochten.
Hun graven dragen de aarde die ons draagt.
We zijn uit modder geschapen
en tot stof keren we terug.
Om qua klimaat niet aan de grond te lopen
hebben we zon op het land nodig
dus klinkt uit de grond van ons hart
dat we vandaag dieper moeten graven,
kijken met grondeloze bewondering,
waken voor bodemloze discussies
en zorgen dat er iets van de grond komt.
Wat weet ons lichaam nog van de kosmos?
Zelfs oesters weten meer dan wij:
ze houden de maansverduisteringen bij
al zijn ze in een lab aan licht onttrokken.
Ze dragen de maan in hun schelp,
core business die teruggaat
tot de oorsprong.
In houtringen en zaailingen van bomen
ontdekken we zonnevlekken,
als de zon uitademt kiemen de teunisbloemen,
mensen raken in de grip van griep
en revolutie, van grote hete gedachten.
In die nachten is het poollicht op z’n mooist,
zien we Venus in acht jaar omlooptijd
bloeien als een vergeet-mij-nietje
en na 240 jaar als een roos.
De zon en de maan doen hun scheppend werk,
terwijl wij slapend ademhalen.
Die in het water van de nacht
groeien nautilussen tot reusachtige spiralen.
Maar waar schijnt het licht van sterren voor de boer?
Het is makkelijker om over trekkers te praten
dan ze uit de modder te trekken.
Voor de boer is de bodem bestaansgrond.
Hij ziet winterpenen de stilte in dringen,
raaigras dat losbarst in een oratorium van wortels,
tarwewortels die zich een meter diep de grond in zingen.
De planten maken de bodem waarin ze leven
en we zien wortels in onszelf groeien
sneller dan gedacht.
Maanwormen op zonnekracht
die zijdezachte haartjes ontwikkelen
als het allerfijnste begin.
Elke wortelhaar blijkt een microkosmos,
een heelal van levensvormen,
lichtende wortels in donkere grond
als een glasvezelnet.