Datum: 12-07-2017

De Neudeflat is gerenoveerd en omgevormd tot appartementen. Ook is het sinds kort een gemeentelijk monument. Wat was de voorgeschiedenis en is de herontwikkeling een succes?

Tekst en fotografie: Arjan den Boer

Enkele decennia lang liet de Neudeflat mij koud. Vaak genoeg hoorde ik mensen hun diepe haat voor dit gebouw spuien, maar ik zag het probleem niet. Dat betekende niet dat ik de flat mooi of bijzonder vond. Hij stond me niet in de weg, maar interesseerde me ook niet. Vijf jaar geleden zag ik opeens het licht. Ik heb het over de late middagzon die het melkglazen omhulsel van de brandtrap van de Neudeflat liet flonkeren als een geslepen diamant.

Toen ik hem beter bekeek ging ik de flat steeds mooier vinden: de bijzondere wiebervorm, het zwarte ‘juk’ waaraan het gebouw lijkt te hangen en het contrast tussen de high-tech gevelbekleding en de nabije grachtenpanden. Als een fanatieke bekeerling schreef ik een Ode aan de Neudeflat, die veel reacties losmaakte, opmerkelijk genoeg vooral positief. Vervolgens verdiepte ik mij in de bijna 60-jarige geschiedenis van de flat en toen de herontwikkeling werd aangekondigd voerde ik actie voor een rooftopbar.

Neudeflat vanaf de Oudegracht 2014 | Foto Arjan den Boer

Rockefeller Center

Op de hoek van de Vinkenburgstraat en Drakenburgstraat stonden tot 1959 enkele verwaarloosde panden. In 1939 had Gerrit Rietveld nog een ontwerp voor nieuwbouw gemaakt, maar daar kwam de oorlog tussen. Eind jaren vijftig nam bouwbedrijf Wildschut het initiatief voor een kantoorflat op het veelhoekige perceel. De Drakenburghflat, zoals deze oorspronkelijk heette, moest met 60 meter en 16 verdiepingen het hoogste kantoorgebouw van Nederland worden. Het was dus geen gemeentelijk project, maar paste wel goed binnen de plannen om de leeglopende en vervallen binnenstad te vernieuwen en open te breken. Centraal stond daarin de auto, zoals bleek uit het beruchte plan van Feuchtinger.

Wildschut schakelde de Rotterdamse architect Huig Maaskant in, die in de dezelfde jaren ook de Euromast ontwierp en eerder het Groothandelsgebouw. Hij dacht, vanuit de wederopbouw van Rotterdam, grootschalig en grootstedelijk. Wat betreft Maaskant was de Neudeflat slechts het begin van de sanering van de binnenstad en kreeg Utrecht op de Neude een soort Rockefeller Center. De flat werd niet onderheid, om schade aan buurpanden te voorkomen, maar verrees op een betonnen funderingsplaat. Met een nieuwe techniek, glij- of klimbekisting per verdieping, bereikte de betonnen kern met liften en trappenhuis binnen 10 dagen het hoogste punt, waarna de verdiepingen eraan konden worden ‘gehangen’.

Foto’s uit 1960 op de bouwschutting in 2016 | Foto Arjan den Boer

Onder een tekening uit 1960 van de bouw stond: Drakenburgh, de trots van Utrecht. Beide aanduidingen raakten al snel achterhaald. Na de opening werd de naam Neudeflat gebruikt, die in grote slanke letters bovenop de kortste zijde aan de Neude kwam te staan (helaas verdwenen!). En hoewel er voor en tijdens de bouw ook al de nodige weerstand was, nam die in de jaren 60 en 70 alleen maar toe. Een andere manier van stadsvernieuwing ontstond: historische panden (rigoreus) restaureren in plaats van slopen. Mede dankzij én als tegenreactie op Hoog Catharijne leefde de historische binnenstad op, en werd deels autovrij. De Neudeflat werd als icoon van grootschalige vernieuwing het meest gehate gebouw van de stad, meer nog dan het diffuse Hoog Catharijne. De (onrealistische) roep om sloop klonk regelmatig, zelfs in een recent CDA-verkiezingsprogramma.

Verzamelgebouw

Vanaf de jaren zeventig huurde de gemeente Utrecht het hele gebouw. Toen het nieuwe Stadskantoor in gebruik werd genomen verlieten de ambtenaren de Neudeflat. Eigenaar Wildschut — die de flat ooit had laten bouwen — ging op zoek naar een nieuwe investeerder voor herontwikkeling. Ik stond daar positief tegenover. De Neudeflat was jarenlang een gesloten bastion waar weinig mensen kwamen; dit was de kans het gebouw ‘open te breken’ en daarmee een beter imago te geven. Ook kon de buitenzijde wel een schoonmaakbeurt gebruiken. De beste bestemming leek mij een soort bedrijfsverzamelgebouw: niet alleen omdat er dan veel verschillende mensen over de vloer komen, maar ook omdat de Neudeflat oorspronkelijk zo is bedoeld.

In 1963 zaten er op de 15 verdiepingen allerlei grote en kleine bedrijven, variërend van een kantoor van de PTT tot een kapsalon waar 50 mensen zonder afspraak terecht konden. Ook de gemeente huurde al twee verdiepingen. Op de begane grond (eigenlijk twee verdiepingen hoog, met een vide) was een meubelshowroom met enorme glazen etalages. En op de 9e verdieping was zelfs een kunstexpositieruimte van de De Utrechtse Kring. Zoiets zou natuurlijk weer geweldig zijn: een culturele plek ergens in de flat die voor iedereen toegankelijk is.

De Utrechtse Kring in de Neudeflat 1969 | Foto Hulskamp [Het Utrechts Archief]

Begin 2015 bleek dat Syntrus Achmea Vastgoed de nieuwe eigenaar werd en dat de flat door ontwikkelaar De Nieuwe Norm tot vrije sector-huurappartementen zou worden omgevormd. Wim van As van A3 Architecten maakte hiervoor een ontwerp met de toevoeging van balkons als meest opvallende onderdeel. De originele gevel zou verder goeddeels gehandhaafd blijven, maar wat meer ‘reliëf’ krijgen. Appartementen in plaats van een bedrijfsverzamelgebouw leken mij ook een manier om de flat weer ’tot leven’ te brengen, en bovendien goed te combineren met een publiek toegankelijk voorziening op de bovenste verdieping.

Rooftopbar

Een café bovenop de Neudeflat zou haters en liefhebbers letterlijk samenbrengen: je hebt er het mooiste uitzicht van de stad, waarbij de flat zelf buiten beeld blijft, terwijl de Dom zich in alle glorie laat aanschouwen. Daarnaast zou het een toeristische attractie kunnen worden — de Euromast van Utrecht, om maar bij het oeuvre van architect Maaskant te blijven. Daarom begonnen Ellen Bijsterbosch, Ron Buiting, Marit Overbeek en ik in 2015 de actiegroep Rooftopbar in de Neudeflat. De actie sloeg aan: op Facebook hadden we al snel 2.000 likes.

Het idee voor een café of restaurant bovenop de Neudeflat is al even oud als het gebouw zelf. In 1960 zei burgemeester De Ranitz: “Ik zag op de tekeningen dat de bovenste verdieping de mogelijkheid tot verpozing zal bieden door een restaurant met dakterras. Ik hoop dat het een openbare mogelijkheid tot verstrooiing wordt en niet alleen voor de employees. Ook in het buitenland is gebleken dat attracties op hoogte het steeds goed doen.” De eigenaar voorzag echter overlast in de liften. In 1962 werd een oplossing bedacht: een speciale snellift in een koker aan de buitenzijde! De beoogde exploitant voor een restaurant met “daktuin met schitterende vergezichten” haakte in 1963 echter af. De 15e en 16e verdieping werden uiteindelijk een vergader- en zalencentrum.

Deze geschiedenis herhaalde zich in 2015-16. Als actiegroep spraken we met alle betrokken partijen: ontwikkelaar, eigenaar, wijkmanager, wethouder en geïnteresseerde horeca-ondernemers. Iedereen vond een rooftopbar ‘op zich’ een mooi idee, en de gemeente was zelfs uitgesproken voorstander. De eigenaar had echter praktische bezwaren die erg leken op die van 55 jaar eerder: de liftcapaciteit, brandveiligheid en te verwachten overlast voor bewoners. Maar waar een wil is, is een weg: een lift buitenom bijvoorbeeld. Een werkbezoek aan de Watertoren Rotsoord leerde bovendien dat een kleine lift ook veel mensen aankan en aan de veiligheidsregels voldoet.

Feestje van Syntrus Achmea, september 2016 | Foto Arjan den Boer

Bij de officiële start van de transformatie in november 2015, gevierd in het penthouse van de Neudeflat, boden we een taart met het aantal Facebook-ondersteuningen aan Bart Visscher van Syntrus Achmea aan. Het mocht niet baten: de keuze voor appartementen in plaats van horeca op de bovenverdieping bleek onomkeerbaar, ondanks publieke en gemeentelijke druk. Er kwamen bouwschuttingen rond de Neudeflat met oude foto’s, poëzie en de slogan I’m not here te be average. Maar wat is er eigenlijk bovengemiddeld aan uitsluitend appartementen? Dat was precies het kritiekpunt dat naar voren kwam tijdens het Architectencafé dat begin 2016 in de Neudeflat werd gehouden. Veel aanwezigen vonden het opofferen van het penthouse voor enkele appartementen een gemiste kans.

Op de Dag van de Architectuur in juni 2016 bracht een bouwlift me langs de steigers omhoog, waar de geraamtes van de tussenwanden voor de appartementen al overeind stonden. Omdat ze nog open waren was het moeilijk een indruk van de uiteindelijke ruimtes te krijgen. In september waren we weer in de flat: eigenaar en ontwikkelaar gaven een feestje ter gelegenheid van de start van de verhuur. Ironisch genoeg was er bovenin een tijdelijke bar ingericht met cocktails en hapjes tegen de achtergrond van het fantastische stadspanorama. In de maanden daarop verdwenen stap voor stap de steigers en liet de vernieuwde flat zich zien. Op 8 maart 2017 kregen de eerste bewoners de sleutel uitgereikt door wethouder Geldof. Bij die gelegenheid konden we zelf het eindresultaat beoordelen: enkele appartementen waren opengesteld.

Bouwschutting met Engelse slogan | Foto Arjan den Boer

Resultaat

De Neudeflat staat er weer stralend bij. De gevelbekleding van aluminium, staal en glas glanst weer. De nieuwe balkons volgen mooi de vormen van de flat en tasten het silhouet nauwelijks aan. Wel was de sloop van de oude brandtrap met het melkglazen omhulsel een flinke aderlating. Wat dat betreft kwam de aanwijzing als gemeentelijk monument eind 2016 net iets te laat. Maar met die monumentenstatus kunnen we onzinnige discussies over sloop tenminste afsluiten.

Waar buiten Maaskants architectuur grotendeels is gerespecteerd, is er binnen niets van over. Het oude trappenhuis is geheel vervangen en de ruime kantoorverdiepingen zijn opgedeeld in 88 tweekamerappartementen van ca. 50 m². Door de bijzondere zeshoekige vorm van het gebouw zijn bij het opdelen onhandige hoeken ontstaan. De daardoor wat hokkerige appartementen hebben desondanks een pittige huurprijs. Daar staat tegenover dat dat de bewoners een fantastisch uitzicht hebben en op een ideale locatie wonen.

De bovenste verdieping is in vieren gedeeld, inclusief de brede omloop. Het is daar mooi wonen, als je weinig oppervlakte nodig hebt, maar de ruimtelijkheid van het penthouse is aangetast. Beter voor de architectuur was één (peperduur) penthouse geweest, of natuurlijk een rooftopbar waar iedereen van het uitzicht kan genieten. Zo’n bar had de Neudeflat van obstakel tot attractie kunnen maken. Treurig dat dit in 60 jaar niet gelukt is — al kunnen die tussenwandjes er altijd weer uit!

 

Appartement op de 16e verdieping | Foto Arjan den Boer


Arjan den Boer is publicist en rondleider op het gebied van monumenten en architectuur. Hij schrijft onder andere voor de Utrechtse Internet Courant over vergeten gebouwen. Daarnaast draagt hij bij aan een boek over Utrechtse naoorlogse architectuur. Ook zijn eigen website is een schat aan historische kennis. Door zijn hedendaagse blik en vlotte pen inspireert hij vele Utrechters die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van hun stad.

Ook interessant: